Nieuws

Blogs

  • Blogs

/ 11 mei 2021

Verenigingen, stichtingen en coöperaties vallen per 1 juli 2021 onder nieuw recht

Per 1 juli 2021 treedt de Wet Bestuur en Toezicht Rechtspersonen (WBTR) in werking, waardoor de regels wijzigingen voor het bestuur en toezicht van verenigingen, stichtingen en coöperaties.

Deze wet is bedoeld om het bestuur en toezicht van verenigingen, stichtingen en coöperaties te professionaliseren en te verbeteren en zo veel als mogelijk in lijn te brengen met de regels die gelden voor de BV en de NV. Zo moet schade door wanbestuur, onverantwoordelijk financieel beheer, zelfverrijking, misbruik van posities en andere ongewenste activiteiten worden voorkomen.

Belangrijkste wijzigingen:

  • Persoonlijke en hoofdelijke aansprakelijkheid van bestuurders (en commissarissen).
    Het uitgangspunt van de WBTR is dat elk bestuurslid (commissaris) altijd het belang dient van de vereniging, stichting of coöperatie.
    Let op: In de praktijk zal dit weinig gevolgen hebben voor bestuurders, daar het wettelijk bewijsvermoeden van onbehoorlijk bestuur alleen gaat gelden voor de verenigingen, stichtingen en coöperaties die VPB-plichtig zijn en bij wet verplicht zijn om een financiële verantwoording op te stellen, die gelijk(waardig) is aan een jaarrekening (Boek 2 BW).
  • Besluitvorming bij tegenstrijdig belang.
    Indien een bestuurder (commissaris) een persoonlijk tegenstrijdig belang heeft met de vereniging, stichting of coöperatie, dan kan diegene niet deelnemen aan de beraadslaging en besluitvorming daarover.
  • Wettelijke grondslag instellen Raad van Commissarissen.
    Er is een mogelijkheid tot het instellen van een Raad van Commissarissen of een one-tier-board.
  • Ontstentenis- en beletregeling.
    De statuten moeten bepalingen bevatten waarin wordt bepaald wie er beslissingen mag nemen als niemand van het bestuur dat meer kan.
  • Beperking meervoudig stemrecht binnen het bestuur.

Het meervoudig stemrecht wordt beperkt, waardoor één bestuurder nooit alle zeggenschap heeft.

Kleine wijzigingen:

  • De regel dat de algemene vergadering vertegenwoordigers kan aanwijzen bij tegenstrijdig belang komt te vervallen. Dergelijke bepalingen in de statuten zijn dan niet meer rechtsgeldig.
  • De algemene vergadering kan bij verenigingen een bezoldiging toekennen aan bestuurders.
  • Bestuurders krijgen een raadgevende stem in zaken waar de algemene vergadering over moet besluiten. De algemene vergadering moet bestuurders dus gelegenheid geven hun zienswijze op een zaak toe te lichten. Dat geldt voor elke bestuurder afzonderlijk. Gebeurt dat niet, dan kan het besluit dat daarop volgt ongeldig zijn.

De wijzigingen vanuit de WBTR, die per 1 juli 2021 ingaat, hebben ook invloed op de statuten.
Van belang is om na te gaan of de statuten aan de regels van de WBTR voldoen, wanneer dit niet het geval is, dan moeten de regels bij de eerstvolgende statutenwijziging worden meegenomen, maar uiterlijk 5 jaar na inwerkingtreding van de WBTR zijn aangepast.

 

beeldmerk-blauw